Waarom mensen zich soms als kuddedieren gedragen
Om maar even Farbod, een goede vriend en tevens stand-upcomedian, te citeren: ook mijn genen hebben er nooit rekening mee gehouden dat ik naar Nederland zou verhuizen. Terwijl ik, als Colombiaanse vrouw, een bovengemiddelde lengte heb, ben ik in het land der reuzen klein, lief en schattig. Naast het feit dat er in Nederland bijna geen huis lijkt te bestaan waar ik normaal in de badkamerspiegel kan kijken (zonder daarbij op een krukje te hoeven staan), is er eigenlijk maar één andere situatie waarbij ik vurig wens dat ik vroeger wat meer schoppen onder m’n kont had gekregen. Ik heb het hier over het bezoeken van concerten en festivals. Onlangs prees ik mijzelf nog gelukkig dat ik niet aan claustrofobie lijd, aangezien ik in de compacte mensenmassa op Lowlands voortdurend werd omgeven door muren van mensen. Gevolg: ik moest me vaak schaapachtig laten leiden door die mensenmassa, omdat ik totaal geen idee had waar ik liep. Vreselijk eigenlijk. Als onafhankelijk persoon gaat het tegen mijn principes in om kuddegedrag te vertonen, maar het zou naïef zijn om te geloven dat ik dat in het verleden nooit gedaan heb. Mensen zijn van nature namelijk geneigd om gedragingen, tendensen en hypes te volgen. Ik durf bijvoorbeeld te wedden dat er in je omgeving genoeg mensen zijn die de Ice Bucket Challenge zijn aangegaan. Misschien heb je jezelf daarnaast weleens afgevraagd WRM je ook alweer dat hele stuk om hebt gefietst terwijl je druk in gesprek was met die leuke date en even vergeten was dat dit niet de weg naar huis is. WRM lijken we soms op kuddedieren?
Mayday, mayday
Dat mensen zich wel eens als een kudde op hol geslagen dieren kunnen gedragen betekent niet dat we dat daadwerkelijk zijn. Er zijn tussen mensen immers (te) veel individuele verschillen (die zich binnen een groep ook nog eens anders manifesteren) om de mens als kuddedier te bestempelen. WRM we in bepaalde situaties toch vervallen in het klakkeloos volgen van bepaalde gedragingen heeft veelal te maken met een evolutionaire overlevingsdrang. Dit kan in zowel in de letterlijke zin van het woord worden opgevat als in een meer sociale context. Zo is bijvoorbeeld de blinde paniek die uitbrak na die intense schreeuw op de Dam een mooi voorbeeld van kuddegedrag in het geval van een noodsituatie. Als een grote massa het op een sprinten zet, zou je eigenlijk wel gek zijn om als enige te blijven staan. Ook al weet je niet precies wat er gaande is, het feit dat een overgroot deel vlucht is op een dergelijk moment genoeg indicatie om mee te gaan. Ironisch genoeg zorgde kuddegedrag in dit geval juist voor het onnodige gevaar. Het is dus zeker niet altijd zo dat het volgen van de kudde de juiste beslissing is. Toch heeft onderzoek aangetoond dat slechts vijf procent van een meute de resterende 95 procent kan aanzetten tot het veranderen van hun gedrag. In dit onderzoek werd een klein groepje mensen geïnstrueerd om een bepaalde richting op te lopen waarna de rest onbewust begon te volgen.
Sociale druk
Interessant is ook het klassieke liftexperiment (probeer het zeker uit met je vrienden!), waarbij deelnemers aanvankelijk alleen in een lift staan. Wanneer er vervolgens meer mensen bij komen die allemaal met hun neus naar de muur gaan staan, draaien de deelnemers zich uiteindelijk ook naar de muur, met waarschijnlijk het idee dat de anderen hier wel een reden voor moesten hebben. Absurd aangezien deze actie volgens mij alleen gerechtvaardigd kan worden wanneer er op magische wijze een liftdeur aan de andere kant van de lift zou verschijnen. Kuddegedrag komt dus ook voort uit een sociale overlevingsdrang. Ondanks dat we in een individualistische samenleving leven en ons veelal proberen te onderscheiden, zijn mensen helemaal niet gemaakt om alleen te leven. We zijn zeer sociale wezens die maar al te graag groepjes vormen en daar ook in wensen te blijven omdat de mens naar geborgenheid en comfort zoekt. Mensen voelen zich nou eenmaal veilig in een groep. Tegenstrijdige beslissingen, eigenwijze opvattingen of gedragingen die afwijken van de rest, vergroten in onze beleving de kans om verstoten te worden uit sociale groepen. Om dit te voorkomen en niet achter te blijven, prefereren we soms om mee te gaan met de grote meute, in plaats van onze eigenzinnige ideeën te volgen.
De negatieve connotatie die gepaard gaat met kuddegedrag is echter niet altijd op zijn plek. Zolang een groep een duidelijk doel voor ogen heeft en samenwerkt, kan kuddegedrag ook positief uitpakken. Denk daarbij aan protesten en demonstraties. Kuddegedrag kan in dit geval juist tot iets goeds leiden. Naar mijn mening hoeft kuddegedrag ook zeker niet iets negatiefs te zijn, zolang ik me maar bewust ben dat ik onderdeel ben van een kudde en achter de beweegredenen ervan sta. Voor het feit dat dit op festivals inhoudt dat de meute mij de weg wijst van de Alphatent naar de WC’s, wil ik best wat Zuid-Amerikaanse eigenwijsheid opzij zetten.