Waarom liggen liefde en pijn zo dicht bij elkaar?
Hoe vreselijk cliché het ook klinkt, ieder mens is eigenlijk constant op zoek naar die ene wederhelft om iedere ochtend lekker tegenaan te kruipen en oud mee te worden. Maar dat deze zoektocht niet over rozen gaat, weten we maar al te goed. We zijn allemaal wel eens verliefd geworden en afgewezen, gedumpt of aan het lijntje gehouden. Ondanks dat een gemiddelde romkom anders doet vermoeden, betekent dit in het echte leven vaak het einde van een (potentiële) relatie. En dat doet pijn. Die wanhopige steken in je borst kunnen dan weken of zelfs maanden aanhouden en je wereld even helemaal op zijn kop zetten. Er wordt niet voor niets gezegd dat de mensen die het dichtst bij je staan, je vaak het meeste kunnen kwetsen. Als ik erover nadenk is het eigenlijk best bijzonder dat twee emoties, die zo ver uit elkaar lijken te staan, toch hand in hand gaan. De vraag is alleen WRM we zo ontzettend kunnen lijden door liefde.
Evolutionair gezien is de mens, net als ieder ander dier, gemaakt om zich voort te planten en daarvoor is het van belang dat we ons zeer gehecht voelen aan die ene prins(es) op het witte paard. Wanneer we er zonder blikken of blozen met een ander vandoor zouden gaan, is dat namelijk evolutionair gezien niet ideaal. Er zijn dan ook verschillende processen in ons brein te onderscheiden, die op gang gezet worden wanneer we ons tot iemand aangetrokken voelen om dit tegen te gaan. Allereerst is er natuurlijk die intens verliefde fase waarin je brein iets wegheeft van een borrelende chemische fabriek. We pompen onze hersenen dan namelijk helemaal vol met hormonen en neurotransmitters, waardoor we flink van slag raken en alleen nog maar oog hebben voor onze Romeo of Julia. Wanneer dit gevoel enigszins wegebt (omdat chronisch intens verliefd zijn een te grote tol eist van ons lichaam), blijft één hormoon zijn taak doen: oxytocine. Dit ‘knuffelhormoon’ zorgt voor een hechte binding tussen geliefden, omdat het angst onderdrukt en het onderlinge vertrouwen daardoor versterkt. Door deze speciale band zijn we dan vaak ook bereid om onze ziel bloot te leggen en alles met onze geliefde te delen. Beetje bij beetje wordt zo iemand opgenomen in onze cognitieve en emotionele hersencircuits en wordt dus eigenlijk een deel van ons leven.
Dat iemand die zo dicht bij ons staat ons makkelijk kan kwetsen, is psychologisch gezien dus niet zo gek. We hechten namelijk veel waarde aan wat de ander doet of zegt. Erger is wanneer de ander definitief besluit een punt achter het daten of de relatie te zetten. Het gat dat zo’n persoon achterlaat, kan gapend groot zijn. Allereerst is het afkicken van al die fijne stofjes, die verliefd zijn met zich meebrengt, heel zwaar. Toch is dat niet per se de reden WRM liefde pijn doet. Wanneer we onze (ex-)partner of serieuze scharrel plotseling moeten missen, kan het in onze beleving namelijk net voelen alsof we een ledemaat verloren zijn. Onderzoekers vermoeden dat dit komt omdat afwijzing in sociale context neurale netwerken activeert, die betrokken zijn bij het verwerken van fysieke pijn. Studies naar dit fenomeen hebben aangetoond dat bepaalde natuurlijke pijnstillers, die in onze hersenen worden afgegeven wanneer proefpersonen bijvoorbeeld hun hand branden aan een hete kop thee, ook worden afgegeven wanneer ze worden afgewezen. Deze theorie wordt verder onderbouwd door andere studies, die een overlapping hebben gevonden in diverse hersengebieden. Deze gebieden worden geactiveerd bij zowel fysieke pijn als bij afwijzing en liefdesverdriet. Wat liefdesverdriet echter erger maakt, is dat we eigenlijk pijn in ons hele lichaam voelen en niet alleen op die ene plek waar we onze teen hebben gestoten.
Een troost is wel dat liefdeskwalen, net als alle andere pijnen, uiteindelijk vanzelf overgaan. Wellicht duurt het langer dan een gemiddeld spierpijntje na een work-out in de sportschool, maar uiteindelijk komt er wel weer een andere prins(es) op het witte paard voorbij. Hoe cliché dat ook maar mag klinken.