Waarom hebben we altijd ruimte voor een toetje?
In een restaurant bekijk ik altijd als eerste de kaart. Of beter gezegd, de dessertsectie van de kaart. Want ik eet liever één toetje dan geen toetje. Toch hou ik in het algemeen van eten, hoe meer, hoe beter. Maar al denk ik dat ik zo vol zit dat ik niet meer kan lopen en ik stiekem al mijn broeksknoop heb losgemaakt; als iemand vraagt of ik nog een toetje wil, heb ik op de een of andere wonderbaarlijke manier nog altijd ‘een gaatje over’. Vast heel herkenbaar, maar WRM hebben we nog altijd wel een plekje over voor een nagerecht?
Om een verklaring te geven voor dit wonder, waarbij je zomaar weer ruimte hebt om die pudding naar binnen te schuiven, verplaatsen we ons even naar de werking van de maag, daar waar al dit lekkers verwerkt wordt in ons lichaam. De maag is namelijk een flexibel orgaan, dat mee kan rekken met de hoeveelheid voedsel die je eet. Nadat je een grote maaltijd hebt gegeten, ontspant de wand van de maag zich om meer ruimte te creëren. De mate waarin je je vol voelt, is afhankelijk van de druk in je maag, die weer verbonden is met de mate waarin de maagwand is uitgerekt (om het voedsel een plaats te kunnen geven). Hoe meer je eet, hoe meer je maagwand zich uitrekt en hoe minder druk je in je maag voelt.
Ontspannen maag
Onderzoekers Arnold Berstad en Jørgen Valeur noemen drie factoren, die er samen verantwoordelijk voor zijn dat je maagwand zich ontspant. Allereerst is het zien en ruiken van voedsel van invloed op het ontspannen van de maagwand. Ten tweede speelt de druk die voedsel in de maag geeft een rol. Als laatste heeft de werking van de twaalfvingerige darm hier nog iets mee te maken. Dit deel van je maag maakt namelijk onderscheid tussen de verschillende soorten voedsel. Vet en suiker worden bijvoorbeeld op verschillende plekken in de darmen opgenomen (hier kom ik later nog even op terug).
Dan komen we bij de aard van een dessert: bijna altijd zal een nagerecht bestaan uit suiker en vet. Vooral suiker is hier een boosdoener. De suiker in desserts stimuleert namelijk de reflex die je maagwand uitrekt. Eet je een dessert, dan hou je je normale gevoel van ‘vol zijn’ voor de gek. Je rekt je maagwand nog weer eens uit. Nu het goede nieuws voor alle mensen die gek zijn op toetjes: suiker zorgt ervoor zorgt dat de maagwand zich ontspant en neemt daarmee de nare druk in de maag weg, die je vaak ervaart nadat je teveel gegeten hebt. Door het eten van een suikerrijk nagerecht heb je minder het gevoel dat je vol zit en ook het gevoel dat je dus weer meer kunt eten.
Op de rem
Uiteraard is dit niet de meest vriendelijke oplossing voor je taille en je gezondheid. Er is volgens de onderzoekers dan ook een handige manier om desserts te gebruiken, zodat je de druk in je maag kan verlichten. Als je namelijk al een klein beetje suiker binnenkrijgt, bereik je hetzelfde verlichtende effect als wanneer je jezelf tot de nok toe vult met chocolademousse. Het is echter lastig om de juiste balans te vinden tussen de verlichtende hoeveelheid suiker en de hoeveelheid waarbij je eigenlijk de grens al bent gepasseerd. Het is vaak zo, concluderen Berstad en Valeur in hun onderzoek, dat je niet weet wanneer je moet stoppen met eten. De remmen op het stoppen met eten van suiker (maar ook koolhydraten) liggen ergens vijf meter verder in je darmen, aan het einde van de dunne darm. Met vet werkt dit trouwens weer anders. Vet wordt namelijk hogerop in je maag al geabsorbeerd, waardoor de remmen voor het stoppen met eten van vet voedsel al veel sneller in werking treden. Bij teveel vet voedsel zal je lichaam al snel gaan protesteren, wat resulteert in misselijkheid en overgeven.
Al met al verklaart dit waarom mensen vaak de uitspraak ‘ik heb nog wel een gaatje over voor een toetje’ doen. Je zou zelfs nog wel meerdere gaatjes over hebben, voor meerdere toetjes. Al gok ik dat, als je daar aan toegeeft, je daar later nog wel eens spijt van zou kunnen krijgen. Na een grote maaltijd een klein stukje chocola naar binnen schuiven, moet echter geen kwaad kunnen.