Waarom ‘wel of geen EU’ geen vraag zou moeten zijn
Verkiezingen, daar heb ik al eens eerder een digitaal papiertje aan vuil gemaakt. De Europese verkiezingen worden toch altijd wel een beetje beschouwd als B-artiest onder de verkiezingen. Zeg maar de Paris Hilton of Kim Kardashian van de electies. Daarnaast ligt de focus bij deze verkiezingen op de vraag of we nog wel een Europese Unie willen of niet. Kwalijke zaak als je het mij vraagt, maar niet geheel onbegrijpelijk. Veel mensen hebben vaak de gewoonte om alles maar voor lief te nemen zolang alles goed gaat, maar zodra er dingen verkeerd gaan willen ze het liefst iets de schuld geven. Jezelf de schuld geven van problemen en crises om je heen is natuurlijk te makkelijk en vervelend, dus kiezen we het liefst iets wat lekker ver van ons af staat. Brussel krijgt dus de schuld van de vele maatschappelijke en financiële problemen de we nu ondervinden. Helaas (zoals wel vaker) lopen mensen over zaken rond teschreeuwen, terwijl ze er stiekem geen idee van hebben wat die zaken nou precies inhouden. Tijd om dus wat van deze argumentjes door te nemen.
“Nederland moet weer van de Nederlanders worden!”
Meestal als mensen dit zeggen stop ik met tegen ze te praten. Dat doe ik niet snel, maar als mensen dit beginnen te zeggen, weet je dat discussiëren een hopeloos trieste zaak is. Het idee dat Nederland, met alleen maar Nederlanders, zichzelf op de been moet houden, is namelijk een grappige bedoeling. Zoals we misschien weten draait een zeer groot deel van de Nederlandse economie om handel en met jezelf handelen is niet alleen heel erg triest, maar ook nog eens niet zo winstgevend, althans niet in vergelijking met de huidige situatie. Buitenlandse handel is een van de drijfveren van onze open economie en buitenlandse handel moet je nou eenmaal doen met buitenlanders, hoe gek dat ook moge klinken. Er is een reden voor het feit dat maar weinig landen zich compleet isoleren en alles zelf willen doen. Dat is namelijk helemaal niet goed voor je economie. Maar er zijn natuurlijk ook goede voorbeelden van landen die zichzelf prima kunnen redden. Denk bijvoorbeeld aan Noord-Korea.
“We betalen voor landen die er een potje van maken in Zuid-Europa!”
Dat ligt wat dieper dan men meestal denkt. Ten eerste moet men eens beseffen dat wij niet bakken met geld op de post hebben gedaan naar Griekenland en Spanje met het bericht: “Doe ermee wat je niet laten kunt”. Sterker nog, we hebben ze het geld niet eens gegeven. Het betreft namelijk een lening. Misschien kennen jullie die reclames wel, met de tekst: “Geld lenen kost geld!” Dat geldt in dit geval ook voor Griekenland en Spanje, wij verdienen er dus zelfs aan. Tuurlijk is het zo dat we geen rooie cent krijgen als Griekenland of Spanje failliet gaan, maar dan hebben we meer zorgen dan alleen die paar miljard die we ze hebben geleend. Kennen we allemaal Stichting Pensioenfonds ABP? Heeft in 2009 1,6 miljard in Griekenland geïnvesteerd. Jij mag dus raden wat er met je pensioen gebeurt als Griekenland bankroet is. En Stichting Pensioenfonds Zorg en Welzijn, het op één na grootste pensioenfonds van Nederland? Heeft z’n centen zitten in Spanje. Zouden deze twee landen failliet gaan, dan hebben wij genoeg centen om naar te fluiten.
“Onze Nederlandse gulden moet weer terug”
Wel meteen leuk om even te zeggen: de gulden komt uit Italië en stamt af van de gouden florijn. Niet zo Nederlands als we denken, dus. Toch wil ik de mensen die dit argument aandragen wel een beetje tegemoet komen. De euro had er nooit op deze manier moeten komen, iets wat veel economen en politici beamen. Dat betekent nog niet dat we nu maar met die euro moeten kappen. Uit de euro stappen (en dus terug naar de gulden), zal of niks uithalen of in ons nadeel werken. We kunnen de gulden terugnemen en koppelen aan de euro, wat dus niks uit gaat halen. Ook kunnen we de gulden dan niet aan de euro koppelen. Gezien het feit dat Nederland er momenteel niet sterk voor staat, zal dit betekenen dat de gulden relatief veel minder waard wordt dan de euro. En aangezien we nog een staatsschuld hebben, die gewoon netjes in euro’s afgetikt moet worden, betekent dit dat we nog dieper in de schulden terechtkomen. Niet zo’n heel goed idee dus.
Oftewel, willen wij meer of minder Europa? Nou, in ieder geval niet minder. Dat is een beetje het probleem van de discussie die is ontstaan. We zijn allemaal afgeleid van datgene waar het echt om gaat: hoe moet de Europese Unie geregeerd worden? Daar kunnen we nog de nodige discussies over voeren. Ik heb het wel eens eerder in een column gezegd: de gulden middenweg. Vaak is er een middenweg die toch wat beter werkt dan een extreem alternatief. Wel of geen Europese Unie zou dus geen vraag moeten zijn, net als de vraag of we wel of niet gaan stemmen overigens.