Waarom dromen we?
In mijn uniform zat ik op het rode bankje aan de rode tafel wachtend totdat mijn moeder mij op zou komen halen. Op het moment dat ik haar binnen zie lopen, spring ik blij op. Ze vertelt me dat ze nog even naar het toilet gaat voordat we naar huis gaan. Ik knik en wacht totdat ze weer naar buiten komt. Het duurt lang, te lang zelfs. Wanneer ik besluit te gaan kijken en ik de deur open trek, zie ik nog net mama’s hand verdwijnen in de wc-pot. Weg. Opgeslokt door het toilet. Met het hart in de keel en het zweet op mijn voorhoofd schrik ik wakker. Ik had het allemaal gedroomd. Gelukkig.
Het is fascinerend hoe dromen, hoe bizar dan ook, zo echt kunnen lijken. Als in een film hebben dromen een verhaallijn, spelen er voor ons bekende personen in mee en emoties ervaren we als levensecht. Waar normaal gesproken informatie van buiten ons lichaam onze gedachtestroom stuurt, wordt er tijdens het dromen intern een fictieve wereld gecreëerd door de hersenen zelf. Een logische vervolgvraag is natuurlijk WRM? Wat is precies het nut van dromen en, iets wat we ons allemaal wel eens afvragen, wat betekenen onze dromen?
Freud
Een pionier op het gebied van het verklaren van dromen was niemand minder dan psychoanalist Sigmund Freud. Door al zijn werken heen was het onbewuste een terugkerend thema. Hij was er van overtuigd dat de psyche van de mens gedreven zou worden door dieper gelegen onbewuste driften die onderdrukt werden door het Ego, oftewel het bewustzijn. Freud koppelde deze driften vaak aan onze seksuele verlangens en relaties. WRM? Niemand weet precies waar Freuds fixatie op het seksuele vandaan kwam. Ik vermoed dat hij wellicht zelf seksueel gefrustreerd was, maar dat terzijde. In zijn boek ‘Die Traumdeutung’ die in 1899 verscheen beschreef hij de relatie tussen het onbewuste en de inhoud van dromen. Freud was van mening dat het Ego tijdens het dromen minder de overhand zou hebben waardoor onze onbewuste gedachten de kans kregen om naar boven te borrelen. Dromen waren voor Freud dan als het ware een afspiegeling van onze werkelijke angsten en verlangens. Dit is echter een antwoordt waar meer hedendaagse neurowetenschappers geen genoegen mee nemen.
Het onbewuste
De grote vraag is echter: hoe kunnen we onderzoek doen naar een fenomeen dat zich in het onbewuste afspeelt? Binnen de neurowetenschap is het al moeilijk genoeg om processen in het brein te verklaren die zich afspelen wanneer we wakker zijn, laat staan wanneer we slapen. Doordat dromen intern gegenereerd worden, maakt dat het praktisch onmogelijk om een kijkje te nemen in de droomwereld van een ander. Toch zijn dromen en het onbewuste tot nu toe ook vaak een hot topic geweest binnen de neurowetenschap omdat slapen over het algemeen wordt gezien als een cruciaal fenomeen voor het normaal menselijk functioneren. Een eerste stap in de zoektocht naar mogelijk antwoorden was om er achter te komen op welk moment van de nacht we eigenlijk dromen.
REM
In totaal kunnen we vijf slaapstadia onderscheiden waarvan de laatste een hele bijzondere is. Deze fase dankt zijn naam aan het feit dat er sprake is van snelle oogbewegingen. Maar wat deze Rapid Eye Movement (REM) slaap echt bijzonder maakt, is dat we tijdens de REM slaap hersengolven kunnen waarnemen die vergelijkbaar zijn met de hersengolven tijdens een wakkere toestand. Dit zou kunnen verklaren waarom het lijkt alsof we tijdens onze dromen onze ervaringen herbeleven als in een hallucinatie. Het feit dat de hersenstam er tijdens de REM slaap voor zorgt dat we van nek naar beneden zo goed als verlamd zijn, ondersteunt deze theorie. Verlamming weerhoudt ons er namelijk van om onze dromen daadwerkelijk uit te voeren. Enkele droomstudies hebben geprobeerd deze gedachte te bevestigen door proefpersonen te wekken tijdens REM slaap. Zij moesten dan vervolgens aangeven of ze aan het dromen waren en wat die droom dan precies inhield. Zoals verwacht gaven de meeste proefpersonen aan inderdaad te dromen tijdens de REM slaap. De vijfde slaapfase werd vooralsnog daarom vaak aangeduid als droomslaap.
Dromen als verwerkingsmechanisme
Maar omdat antwoorden binnen het hersenonderzoek eigenlijk nooit zo zwart en wit zijn, hebben sceptische wetenschappers aangetoond dat ook wanneer proefpersonen worden gewekt uit andere, diepere slaapfasen, ook blijkt dat ze aan het dromen waren. Studies waarin meer nadruk is gelegd op de inhoud van dromen, hebben bijgedragen aan het idee dat dromen gedurende de hele slaapcyclus van belang zijn voor het verwerken van informatie die we tijdens het waken hebben binnengekregen. De inhoud van dromen tijdens de diepe slaap zou dan wel anders zijn dan tijdens de REM slaap. In diepe slaap zouden onze dromen zich meer focussen op wat we overdag aan nieuwe ervaringen hebben opgedaan en hoe deze gelinkt zijn aan ons verleden. Terwijl het aannemelijker is dat dromen tijdens de REM slaap meer gaan over hoe we deze informatie in toekomstige, fictieve situaties zouden kunnen gebruiken. Wat voor mij dan echter nog een groot raadsel blijft is, WRM ons brein in godsnaam dan zulke absurde situaties schetst.
Dromen lijken in ieder geval onderdeel te zijn van een leerproces waarin ons brein verkregen informatie filtert en naar belang verwerkt in plaats van dat ze werkelijk een diepere betekenis hebben of onderliggende verlangens blootleggen. En toch is de wetenschap nog verre van een duidelijk antwoordt op wat dromen precies zijn en WRM ze dan zo belangrijk zijn…