Waarom ons kleine Nederland best een grote militaire geschiedenis heeft
Het is vast niet onopgemerkt gebleven dat de Nederlandse krijgsmacht het de afgelopen tijd behoorlijk te verduren heeft gehad. Defensie wordt de laatste jaren geconfronteerd met bezuiniging na bezuiniging met als gevolg inkrimping na inkrimping. Dit alles heeft eraan bijgedragen dat het Nederlandse militaire apparaat eigenlijk een steeds kleinere rol vervult in de wereld. Het lijkt nu misschien moeilijk voor te stellen, maar lang, lang geleden is er een tijd geweest waarin de Nederlandse krijgsmacht toch echt wel een behoorlijk invloedrijke positie heeft gehad in Europa.
Maurits van Nassau en Willem Lodewijk zijn namen die jullie misschien ooit wel eens tijdens een geschiedenis lesje voorbij hebben horen komen. Wat je denk ik nog niet wist is dat deze twee spilfiguren in de Nederlandse geschiedenis verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor een reeks aan militaire ontwikkelingen in de 16e en 17e eeuw. Ontwikkelingen die door sommigen zelfs revolutionair worden genoemd en, onder andere, hebben geleid tot het huidige professionele beroepsleger.
Het wonder van de Nederlandse Republiek
Toen Nederland in de laat 16e eeuw nog de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werd genoemd, heerste er een moordende machtstrijd in Europa. Er waren maar weinig landen die te maken hadden met zoveel oorlogsdruk als de Nederlandse Republiek. Zo moest zij zich staande weten te houden tegenover grootmachten zoals Spanje, Frankrijk en Engeland. Om te kunnen overleven in deze tijd waren landen genoodzaakt hun militaire tactieken en strategieën continue te innoveren en veranderen. Dit vormde het begin van een reeks aan militaire hervormingen die de omvang van oorlogvoering naar een veel hoger niveau heeft getild.
De Nederlandse Republiek stond rond de 17e eeuw niet alleen bekend vanwege haar constante betrokkenheid bij oorlogen, maar ook omdat zij naam had gemaakt als leerschool voor oorlogsvoering. De militaire ontwikkelingen die in de Republiek tot stand kwamen gaven blijk van grote creativiteit en vormden een voorbeeld voor vele Europese staten. Vooral op het gebied van militaire tactiek en logistiek was de Republiek koploper. Een van de belangrijkste veranderingen die zij doorvoerde was het aannemen van vaste strijdkrachten in plaats van losse huurlingen. Deze vaste strijdkrachten ontvingen een vast salaris wat een krachtig middel bleek voor het motiveren en disciplineren van de soldaten.
Een kleine opsomming…
Waar bestonden deze zogeheten revolutionaire militaire hervormingen nu precies uit? Allereerst was er door de constante verbetering van de handvuurwapens en de standaardisering hiervan, een toename in het gebruik van vuurkracht. Hierdoor konden soldaten in gevecht constant het vuur op de tegenstander geopend houden. Daarnaast werd er ook steeds meer geëxperimenteerd met verschillende vechttechnieken en combinaties hiervan. Deze vernieuwde vechttechnieken vereisten een betere opleiding en meer discipline van de soldaten. De enige mogelijkheid om dit te realiseren was door gebruik te maken van permanente strijdkrachten. Deze soldaten zouden goed opgeleid worden en direct ingezet kunnen worden als er oorlog uitbrak. Dit was het begin van het professionele beroepsleger zoals we die vandaag de dag kennen.
Niet lang daarna werd de militaire dienstplicht in het leven geroepen en ontstonden er allerlei instellingen om deze professionele legers op te zetten en te onderhouden. Oorlogsvoering was een dure hobby, langzaamaan begon er omstreeks deze periode daarom ook al geëxperimenteerd te worden met belastinginningsystemen.
Terug naar nu!
Alhoewel de dienstplicht in Nederland tegenwoordig niet meer bestaat, zijn er van de zojuist besproken militaire ontwikkelingen toch nog een aantal terug te vinden in het nu. Een van de meest voor de hand liggende ontwikkelingen waar we vandaag de dag nog steeds profijt van hebben is natuurlijk het beroepsleger. Inmiddels zijn er wat nieuwe lagen, rangen en standen bijgekomen maar de basis van het leger is grotendeels nog gelijk aan wat het zo’n vier eeuwen geleden was. Militair zijn is een beroep, niet alleen in oorlogstijd maar ook in vredestijd.
Er wordt tegenwoordig natuurlijk nog steeds wel geïnvesteerd in militaire hervormingen, maar deze hervormingen bevinden zich nu voornamelijk op technologisch vlak. Zo zijn de paarden in de loop der tijd vervangen door tanks en de musketten en kannonen door machinegeweren, mortieren en ander zwaar geschut. Wellicht waren we nooit op dit (militaire) punt gekomen mochten onze Maurits en Willem er niet zijn geweest!